juni 27, 2005

Familiegraf

Hij zou mij in elkaar slaan. Zijn ouders waren gescheiden, maar dat zijn moeder een nieuwe vriendschap aanging, was voor hem onverdraaglijk. Een paar weken later gaf hij mij een stuurse knijphand, oogcontact vermijdend. Hij was een jaar of achttien, kort van postuur, en er ging kracht van hem uit. Daarna zag ik hem geregeld, meestal kort.
Als hij zijn motor liet warmdraaien op de Boelekade schudden de huizen en schrokken de Marokkaanse buurkindertjes gillend wakker. Ook later, toen ik met zijn moeder in de Keizerstraat woonde, waren zijn bezoeken kort. De ene keer was hij op een okergele motor en zat het stuur hoog, de andere keer op een donkerrode, het stuur laag, dan weer op een zwarte met een overdreven breed stuur. Steeds dezelfde motor, voor het oog fonkelnieuw.
In de tijd dat mijn verhouding met zijn moeder afliep, begon hij met een compagnon een reparatiewerkplaats in de Wachtelstraat. Uit dit bedrijf werden op een nacht vijf motoren gestolen. Hij was des duivels en beloofde dat het slecht zou aflopen met de dieven, mocht hij ze vinden. Een tijdje later werd iemand uit zijn kring gepakt, verdacht van moord op iemand in een woonboot Onder de Boompjes. Gelukkig legden de kranten geen verband.
Vorige zomer zag ik hem terug op de Markt. Het jaarlijkse Harley Davidson-festijn waarvan hij de grondlegger was, liep op zijn eind. Een rockzangeres probeerde de nagebleven bikers tot dansen te verleiden.
Hij was pafferig geworden. Hij gaf mij een slappe hand met vingers vol ringen, zijn vlees voelde als opgeblazen rubber. Hij droeg het uniform van een motorclub. Niet langer dat van de Demons uit Stolwijk. Een beetje dronken begon hij over Country Joe and the Fish, van wie hij zijn eerste plaat kreeg toen ik mijn muziekcollectie opdoekte. Kennelijk was dat zijn eerst associatie nu hij mij zag. Nee, hij woonde niet langer in Gouda. Voor hij verder liep kreeg ik weer een hand. Zijn superieure gedrag als godfather stemde mij triest.
Vorige maand werd hij, na met drie vrienden levenloos te zijn aangetroffen in een seksclub, bijgezet in het familiegraf van de Hell's Angels te Haarlem.

april 2000