In de voorbije raadsperiode, de vier jaar met het motto ‘bouwkranen in de stad’, kwam niets van de grond in Gouda. Ja, een piepklein buurtje achter de spoorlijn bij wijze van noodgreep omdat de bouw van kantoren niet doorging. Wat de inwoners wel volop zagen waren foto’s van stadsbestuurders die intentieverklaringen ondertekenden en die lachend het glas hieven onder een bouwbord. Van de intenties hoorde je later niets meer en het bord verdween zodra vaststond dat de geschetste woningen geen klanten lokten.
Om in aanmerking te komen voor bouwen in de Zuidplaspolder, waar van het rijk dertigduizend woningen mogen komen, was Gouda genoodzaakt aansluiting te zoeken bij één of meer andere gemeenten, dat was duidelijk.
Mijn bestuurders kennende, voorzag ik een beschamende vertoning. Een mallotige balts met verkeerde diersoorten. Een opgedirkte flirt met schichtige buurmeisjes. Voor samengaan met Waddinxveen zouden de dames en heren al te schijterig zijn, verwachtte ik. Laat staan dat ze het hele rijtje gemeenten langs de Gouwe zouden durven vragen om een commune te stichten, lightrail-city. In het college zat geen liefhebber van modeltreintjes meer. Nee, het zou – triest maar waar – uitdraaien op een gooi naar Reeuwijk. Of Moordrecht. Of allebei. Alsof dat bestuurskracht opleverde. Tot een fusie zou het nooit komen. Het zou allemaal nog het meeste lijken op een pedofiele aanranding.
Gelukkig sloeg ik de plank finaal mis.
Daar verraste het stadsbestuur mij zowaar met dúrf! Daar sloeg het zomaar twee achterwaartse stappen over! Daar leek het warempel te begrijpen hoe fusies werken! Normaal is een fusie iets tussen partijen van gelijke grootte. Maar een kleintje kan proberen een grotere te versieren. Ook al zal de benaderde lummel gniffelen om de eigendunk van het ukkie, hij zal zich toch een beetje vereerd voelen - en het brutale opdondertje kan met zijn bravoure een paar leuke wensen vervuld krijgen.
Ach wat lacht mij als burger nu allemaal toe! Een wereldhaven in plaats van treurig-lege grachten. Geen pijpententoonstelling of sullig verzetsmuseum (alsof verzet tegenwoordig geen terrorisme heet), maar een volkenkundig en een natuurmuseum om trots op te zijn. Witte de With in plaats van de Stadsgalerie. Museum Boijmans. Een échte stadsschouwburg in plaats van een dorpse voorziening voor cabaretiers en het theater van de lach. En binnen een paar jaar de flitsende metroverbinding waarnaar we zo lang hebben uitgezien.
Morgen lekker naar Blijdorp.
oktober 2006